MBC 2009
Editie 2, 30 augustus 2009
7 deelnemers, 1 uitvaller
Mark, Richard, Ger, Tom, Nico, Henny, Pierre
Volger: Cor (auto)
Route: vanwege F1, zonder de Côte de Rahier, Côte de Brume en Côte de Haute Levée
Tekst: Ger
Eindelijk ging het dan gebeuren. De MBC 2009 stond definitief gepland. Eerder in juli waren de Ardennen zo nat dat de wielerkoers moest worden geannuleerd. Wielrenners zijn over het algemeen geen watjes, maar het vooruitzicht van een natte outfit, gecombineerd met spiegelgladde wegen en vooral gladde afdalingen kon op weinig bijval rekenen.
Dan maar op 30 augustus en zo ‘heb elk nadeel weer een voordeel’: maar liefst acht coureurs zouden starten, aanzienlijk meer dan de MBC in 2008 (3 deelnemers) en meer dan wanneer we in juli gestart zouden zijn (5). Tom en ik togen vooruit en kampeerden aan de Amblève op een camping met herinneringen aan lang vervlogen tijden. Konden we alvast inrijden, maar verslikten ons meteen doordat al na 4 kilometer de Redoute voor onze wielen kwam. We kwamen boven, maar daar was ook alles mee gezegd.
Na de Sprimont besloten we verdere lastige hellingen te bewaren voor zondag, immers de dag van de waarheid. We vonden het belangrijker om te zorgen dat ons materiaal in orde was en gingen op zoek naar verse binnenbandjes in Aywaille. Na koffie en wat rustiger klimwerk terug op de camping voor een pastamaal en vervolgens de beentjes omhoog. Zo hoort een voorbereiding eruit te zien.
De MBC, waaraan verdiende de naamgever deze eer? Opgepoetste glorie, klassiekers gewonnen waar wij geen weet van hebben? Het blijft in nevelen gehuld. Maar des te meer reden om een beetje te zieken voor wat betreft die naam. Mark Baaijens Corso? Mark Baaijens Concours? Die grappen werden een dag later niet gewaardeerd door Mark.
Klopt. Kennelijk zijn er een aantal deelnemers die deze morgen op de fiets gestapt met het idee, die MBC, die doen we wel even. Zonder zich te realiseren dat de MBC een vorm van zelfkastijding is die zijn weerga niet kent en dus een serieuze uitdaging is. Het lachen zal ze weldra vergaan...
Tot zover het voorspel. Om 10 uur zondagochtend begon het echt. Vanuit Winamplanche (bij Spa) commandeerde ploegleider Cor iedereen op de fietsen. Henny, Pierre, Nico, Richard, Tom, Mark en ik (Ronald voelde zich niet lekker en was niet meegekomen) konden meteen aan de bak. Het ging meteen omhoog en daarop omlaag naar Stoumont.
Eindelijk op het officiële parcours van de MBC, zo liet onze wedstrijdleider weten. Zelden of nooit werd het vlak. Naar Targnon om vervolgens te klimmen naar Meuville en nog een klim naar Froidville. Over de Ancienne Barrière naar Trois-Ponts. Vervolgens de Côte d'Aisomont op naar Wanne. Alweer een lange klim, waar onze ploegleider ons gelukkig opwachtte met verse broodjes en red bull! Die gaf Nico bepaald geen vleugels, dat bleek later.
Van Wanne een zeer steile bochtige afdaling naar Stavelot. Toch maar eens aan het materiaal denken de volgende keer, m’n remblokjes hielden niet over. Het wegdek had niet nat moeten zijn. Nu gelukkig een vlak stuk. Ja, ja ze zijn er af en toe, die vlakke wegen.
Op Le Rosier (na ongeveer 60 kilometer) waaide Nico er definitief af en stapte de bezemwagen in. Te veel drank en vrouwen? Nee, waarschijnlijk te weinig trainingsarbeid. ,,Maar volgend jaar kom ik terug”, aldus zijn wel gevleugelde woorden. Omdat dit weekend in Spa-Francorchamps de Formule 1 werd gereden moest Mark creatief zijn met het parcours. Dat lukte wonderwel, en via Andrimont, La Gleize en binnendoor via Cheneu en Rahier waren er wederom marsen, gevulde koeken en andere gezonde ingrediënten bij een verlaten en al licht beschimmelde herberg. Voor de liefhebber lag nog een bloedtransfusie klaar.
De ploegleiderswagen stonk bij het wegrijden verdacht, maar kwam gelukkig toch waar hij moest komen, al trok Mark een zorgelijk gezicht. En hij was niet de enige. Sommigen zagen zich vanavond nog naar Den Bosch fietsen….. Mark was op de beklimming van Les Forges even iets minder (een mentale kwestie?) en Richard fietste hem uit het wiel. Henny was deze klim goed op dreef en reed mij los. Daarna raakten we de weg enigszins kwijt, maar dat deerde niet.
Uiteindelijk kwamen we niet in Lorcé, maar wel via allerlei verharde bosweggetjes weer op de drukke doorgaande weg naar Stoumont. Onderweg was Tom ineens kwijt, maar die bleek een sanitaire noodstop te hebben gemaakt en kon weer aanhaken. Dat was later anders op het stuk vals plat richting Stoumont. Ik moet hier van Tom opschrijven dat ik op kop stevig doortrok en daarmee wilde laten zien dat de jaren nog geen vat op mijn fietsconditie hebben, waarvan akte. De waarheid zal wel ergens in het midden liggen.
Ik had gewoon nog aardig wat overschot en dat verbaasde vooral mezelf. Intussen was de slotklim daar, La Vecquée. Nog een keer fladderden de adelaars omhoog. Henny en Pierre namen voorsprong, maar Mark en Richard lieten dat niet zo maar gebeuren. Ikzelf wachtte nog even op Tom, die het serieus gehad had. Die vond dan ook zijn Waterloo op deze laatste helling. Op het tandvlees heet dat dan. Later had hij het nog over zwarte sneeuw en kreeg ik de volle laag, want in artikel 3 van het reglement van de MBC staat toch heel duidelijk geschreven dat vlakke stukken rustig in groep worden gereden.
Overigens eerlijk is eerlijk de beste benen waren deze dag in het bezit van Mark en Richard. Pierre en Henny weerden zich kranig, nadat zij bij het begin toch wel wat schrokken van al die relatief jonge wielergoden (ahum). Zelf reed ik niet slecht, en was mijn laatste klim meteen mijn beste en snelde nog menigeen voorbij. Tom kon ondanks zijn zwarte sneeuw ook tevreden zijn. Na jaren van fietsinactiviteit stond hij er toch maar weer.
Het smaakt naar meer op de lange termijn, maar hier werd nu vooral aan de korte termijn gedacht en dat betekende friet en bier in Rémouchamps. Na 108 gefietste kilometers mocht dat ook wel. Cor had zich ook vandaag niet bepaald gespaard, want hij viel op weg naar huis als een blok in slaap. Over dat ploegleidersvak moet je ook niet te licht denken.